26
Genetica, Draagster, Ouderschap
Wat kan dan zwaar zijn?
De praktische kant:
de afspraken in
het begin, bloedafname, de echo-
grafie, het inspuiten; dat moet
allemaal geregeld worden. Men
krijgt of neemt meestal geen verlof
voor de voorbehandeling.
De ingrepen zelf:
het wegnemen van
de eicellen en het laten inplanten
van de embryo’s. Daarvoor krijgt
men doorgaans een week verlof.
Er is ook de
psychologische kant
van
het wachten en uitkijken, de span-
ning, de stress, het moeten nemen
van de beslissingen.
Er is ook de
hormonenbehandeling
,
die voorgeschreven wordt door
een fertiliteitarts. Deze kan
neveneffecten hebben zoals
vermoeidheid, gemakkelijk prik-
kelbaar, opgezwollen gevoel.
Mensen reageren er elk persoon-
lijk anders op. Naast de arts is er
ook een counselor, een verpleeg-
kundige die de hele behandeling
van naaldje tot draadje uitlegt
zodat de patiënten goed weten
wat zij moeten doen.
In hoever is wat jullie doen
legaal en in hoever kan men
spreken over eugenetica?
Alles wat we doen is legaal. Er
bestaat al lang een wetgeving rond
het uitvoeren van
een abortus in een
aantal omstandigheden. Rond IVF en
PGD is de wetgeving recenter. Wat
bv niet mag is embryoselectie op
basis van geslacht voor niet medische
redenen. We krijgen soms de vraag
van mensen die al twee zonen hebben
en graag een dochter zouden krijgen.
Daar gaan we niet op in. Onlangs
besprak het Nationaal Comité voor
Bio-ethiek een vraag van een hemo-
filie patiënt, die vroeg naar PGD
met seksselectie om te vermijden
zijn mutatie door te geven aan zijn
dochters, die automatisch draagster
zouden zijn terwijl zijn zonen allen
gezond zouden zijn. De meningen
waren verdeeld.
Het woord ‘eugenisme’ gebruiken we
doorgaans niet, al trachten we er wel
voor te zorgen dat de ‘goede’ genen
worden overgedragen naar de volgende
generatie en niet de ‘slechte’ genen.
We doen dit wel op individuele basis.
De term eugenisme verwijst op basis
van de recente geschiedenis doorgaans
naar het toepassen van praktijken om
de ‘slechte’ genen uit een bevolking te
verwijderen. Hier gaat het om indivi-
duen en vooral om het vermijden van
een ernstige vaak levensbedreigende
aandoening binnen een familie. PGD
kadert in een ‘medisch’ kader.
Men moet toch ook weten dat PGD
geen zekerheid geeft op ‘geen enkele
ziekte’. Men kan de aan- of afwezig-
heid van één specifiek gendefect