Eerste gentherapie voor de behandeling van hemofilie B

Nieuws 16/12/2022

Het EMA (European Medicines Agency) heeft aanbevolen om een voorwaardelijke handelsvergunning in de Europese Unie (EU) te verlenen aan Hemgenix (etranacogene dezaparvovec) voor de behandeling van ernstige en middelzware hemofilie B bij volwassenen die geen factor IX-remmers (door het immuunsysteem geproduceerde auto-antilichamen die factor IX-medicijnen minder effectief maken) hebben.

Hemofilie B is een erfelijke aandoening die wordt gekenmerkt door een verhoogde neiging tot bloeden als gevolg van een gedeeltelijk of volledig tekort aan stollingsfactor IX (een eiwit dat nodig is om klonters in het bloed te maken en zo bloedingen te stoppen). Het tekort aan factor IX is het gevolg van mutaties in het desbetreffende stollingsfactorgen. Langdurige bloedingen bij patiënten met hemofilie B kunnen leiden tot ernstige complicaties, zoals bloedingen in gewrichten, spieren of inwendige organen, waaronder de hersenen. Hemofilie B is een zeldzame slopende ziekte die ongeveer 1 op de 20.000 tot 50.000 levende mannelijke pasgeborenen treft.

De geneesmiddelen die momenteel zijn toegelaten voor de behandeling van hemofilie B zijn bedoeld om bloedingen te voorkomen. Of om bloedingen te behandelen die kunnen optreden tijdens een operatie of in noodsituaties, ook wanneer patiënten een reguliere behandeling ondergaan. Patiënten hebben een levenslange behandelingskuur met infusies van factor IX-vervangende producten die nodig zijn om voldoende factor IX-niveaus te behouden. Daarom is er een blijvende medische behoefte aan nieuwe therapeutische behandelingen die ervoor moeten zorgen dat patiënten geen frequente, of occasionele in geval van een bloeding, infusies moeten ondergaan.

Hemgenix is de eerste gentherapie voor de behandeling van hemofilie B. Deze wordt toegediend als een eenmalige infusie. Etranacogene dezaparvovec, de werkzame stof in Hemgenix, is gebaseerd op een virus (een AAV of adeno-geassocieerd virus) dat zodanig is aangepast dat het geen ziekte veroorzaakt bij mensen. Het virus bevat kopieën van het gen dat verantwoordelijk is voor de productie van factor IX. Bij injectie in de ader bij de patiënt gaat het virus naar de lever, waar het gen in de levercellen van de patiënt wordt opgenomen en factor IX begint te produceren. Hierdoor blijven de bloedingen beperkt.

De aanbeveling van het EMA is gebaseerd op de resultaten van twee prospectieve, open-label onderzoeken met één dosis, waar 57 volwassen mannelijke patiënten met middelzware of ernstige hemofilie B aan deelnamen. In de eerste studie behielden de drie patiënten tot drie jaar na de infusie een gunstig effect. In de tweede studie hielden 52 patiënten tot twee jaar na de infusie positieve behandelingseffecten aan. Het is nog onbekend hoe lang de voordelen van deze eenmalige behandeling standhouden.

Uit gegevens over de werkzaamheid blijkt dat de behandeling de frequentie van bloedingen aanzienlijk vermindert in vergelijking met de standaardbehandeling (het jaarlijks aantal bloedingen vermindert van 4,19 tot 1,51 per jaar na de infusie). Er worden klinisch relevante niveaus van factor IX-activiteit bereikt en de behoefte aan profylactische factor IX-vervangingstherapie wordt geminimaliseerd (96% van de met Hemgenix behandelde proefpersonen stopte het gebruik van routineprofylaxe).

De meeste gerapporteerde bijwerkingen waren licht van aard. Er werd melding gemaakt van hepatotoxiciteit (leverschade) bij de Hemgenixtherapie. Dat is een veel voorkomende bijwerking als gevolg van een immuunreactie. Deze wordt veroorzaakt door op AAV gebaseerde gentherapieën en wordt gekenmerkt door een verhoging van het leverenzymengehalte (transaminasen). Deze bijwerking kan succesvol behandeld worden met corticosteroïden. Patiënten moeten ook worden gecontroleerd op infusiegerelateerde bijwerkingen. Andere vaak voorkomende bijwerkingen zijn hoofdpijn en griepachtige symptomen.

Patiënten die met Hemgenix worden behandeld, zullen 15 jaar lang worden opgevolgd om de werking en veiligheid van deze gentherapie op lange termijn te controleren.

Hemgenix kreeg steun via het PRIME-programma (PRIority MEdicines) van het EMA, dat vroegtijdige en versterkte wetenschappelijke en regelgevende ondersteuning biedt aan geneesmiddelen die een bijzonder potentieel hebben om in onvervulde medische behoeften van patiënten te voorzien.

Het Comité voor geavanceerde therapieën (CAT), dat door het EMA is aangewezen als comité van deskundigen voor geneesmiddelen op basis van cellen en genen, oordeelde dat de voordelen van de Hemgenixbehandeling zwaarder doorwegen dan de mogelijke risico's bij patiënten met hemofilie B. Het CHMP, het comité voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik van het EMA, was het eens met deze beoordeling en het positieve advies van het CAT en beval bijgevolg de goedkeuring van dit geneesmiddel aan.

De goedkeuring van het CHMP is een tussenstap op weg naar markttoegang voor patiënten. Het advies wordt nu aan de Europese Commissie overgemaakt met het oog op een besluit inzake een vergunning voor het op de markt brengen in de hele EU. Zodra de vergunning voor het in de handel brengen is verleend, zal elke lidstaat zelf beslissen over prijs en terugbetaling, rekening houdend met de potentiële rol of het potentiële gebruik van dit geneesmiddel in de context van het nationale gezondheidszorgstelsel.

Opmerkingen

  • De aanvrager van Hemgenix is CSL Behring GmbH.
  • Hemgenix is op 21 maart 2018 aangewezen als weesgeneesmiddel. Na dit positieve CHMP-advies zal het Comité voor weesgeneesmiddelen (COMP) beoordelen of de weesgeneesmiddelaanwijzing moet worden gehandhaafd.
  • Hemgenix kwam op 21 april 2017 in aanmerking voor PRIME voor de behandeling van ernstige hemofilie B.

Bron: https://www.ema.europa.eu/en/news/first-gene-therapy-treat-haemophilia-b